Maarten,
Nu begint het echt flauwe kul te worden.
Wat jij mijn eerste wet noemt is inderdaad hetzelfde als de eerste wet van de thermodynamica.
Dat was het uitgangspunt.
Waar jij vaststelt dat het "schijnaar niet klopt " ontgaat mij.
Ik hamer nu al tig posts op het feit dat de verliezen terug goedgemaakt moeten worden om terug aan eenzelfde beginsituatie te komen voor de volgende nachtverlaging.
En
mijn tweede wet ?
In Jip en Janneke taal:
Net als bij afkoelen en opwarmen geldt: er is evenveel energie nodig om 1 kg water te verdampen tot 1 kg damp, als dat er energie vrijkomt bij het condenseren van 1 kg damp tot 1 kg water. De condensatiewarmte (energie die vrijkomt als de damp weer terug condenseert) is dus even groot als de verdampingswarmte. Datzelfde geldt voor smelten en stollen.
Exact. Je vergeet alleen dat het condenseren zich in de muur afspeelt.
Dus laat ons veronderstellen dat er X aantal Joule vrijkomt bij water dat in de muur condenseert. Dat zal in de massa van de muur slechts tot een zeer kleine temperatuursverhoging leiden.
Achteraf als je het water in de muur terug wil laten verdampen kan dit onmogelijk door deze zelfde energie (X Joule) aan de muur toe te voegen.(Onttrekken evenmin, want om water midden in een muur te laten verdampen moet je eerst het kookpunt bereiken) Die zou de muur en het aanwezige water immers slechts met enkele miligraden verhogen. Nooit genoeg om water te laten verdampen. Verschillen in RV in de muur leiden er ook niet toe dat water gaat verdampen, het water zal hooguit naar een evenwicht stromen door via de capilairen naar polaatsen te stromen die droger zijn. Dit kan evengoed dieper de muur in zijn.
Daardoor kan het water (zo het daar al in slaagt ) alleen langzaam door kapilaire werking naar het oppervlak migreren en daar verdampen. Niet door daar het damp(kook)punt te bereiken, maar door een verschil in RV met de binnenlucht zal het water dan in damp veranderen. (Dit zou je kunnen versnellen door de binnenlucht aanzienlijk warmer te stoken en veel te verluchten === aanzienlijke verliezen)
Maar dit is dus een heel traag proces. Ook onvolledig. Veel water blijft gewoon in de muur op deze manier tijdens het stookseizoen.
Dit leidt tot een sterke verhoging van het vochtaandeel in de muur.
Deze vochtverhoging leidt dan weer tot een lagere lambdawaarde, een lagere isolatiewaarde tijdens het stookseizoen.
Dus constant meer warmtedoorgang veroorzaakt door het verhoogde vochtaandeel.
Het vocht voorkomen kost op die manier een pak minder energie dan er verloren zal gaan nadat het eenmaal ontstaan is.
Of nog anders geformuleerd: Het condenseren voegt evenveel temperatuur toe aan de muur als het verdampen aan het oppervlakte er aan onttrekt. Enkel zit er een heel seizoen tussen deze twee fenomenen (voor het gros van het gecondenseerde water) en in al die tussenliggende tijd zorgt het aanwezige water voor extra warmtedoorgang dooreen de muur.
En als je naar de forumdag komt krijg je 2 Trappisten op mijn kosten.
G